Bij de kaasboerderij in Cothen kocht ik een fles rauwe melk. Ik had toen nog niets gelezen op het internet over de voordelen van rauwe melk, maar werd er later blij door verrast.
In rauwe melk zitten allerlei gezellige bacteriën die het goedje makkelijker te verteren maken, het smaakt in de winter anders dan in de zomer, het bevat veel meer bacteriën. Rauwe melk leeft en dat is goed voor je. In andere, dus gepasteuriseerde of gesteriliseerde, melk is al het goeds gedood door verhitting, helaas. Doordat producten langer moesten reizen naar de klant, moest de houdbaarheid van sommige producten enorm omhoog. Melk is daar een wit voorbeeld van.
Het was een impulsaankoop. We hadden nog twee restjes gepasteuriseerde melk en het duurde daardoor veel te lang voordat we aan de rauwe melk toekwamen. Toen ik aan de fles rook, rook het naar bloemige kaasfondue en zo hoort melk volgens mij niet te ruiken.
Ik zocht op wat je met zure melk kon doen en vond tot mijn aangename verbazing, een recept voor kaas. Natuurlijk kaas. Wat is het leuk om een recept te vinden en alle benodigdheden per toeval al in huis te hebben. Ik kon meteen aan de slag:
1 liter zure melk
een paar eetlepels azijnJe brengt de melk tegen het kookpunt aan, voegt er een scheutje azijn aan toe (wij hadden nog ciderazijn in huis) daardoor gaat het schiften. Als het niet binnen een paar minuten heel erg geschift is, voeg je er nog wat azijn aan toe. Het komt echt niet zo nauw.
Je verwarmt het nog even tot het echt goed geschift is, dan giet je het af in een zeef bedekt met kaasdoek, of waarschijnlijker: een schone theedoek, zakdoek of iets anders van stof dat nergens naar ruikt. Je knijpt het voorzichtig uit, want het is nog warm. Of je wacht tot het afgekoeld is en knijpt het dan uit. Nu kan het in een potje in de koelkast en een paar uur later kun je het, ev. met zout en peper van extra smaak voorzien, op je boterham verkruimelen (zie laatste foto). Laat je het nog langer liggen, dan wordt het steeds harder. Ik heb daar nog niet heel veel mee geëxperimenteerd. Op de hippieboerderij hadden we daar een speciaal houten kaasbakje met gaten voor, we legden er een gewicht op om het vocht er verder uit te persen. Een mooi project voor in de toekomst.
Eerst schift het zo:
En daarna wat meer:
Kijk zulke brokjes ontstaan er:
Het is jonge kaas.
Een witte boterham met kaas en taugé (de gemene deler is duidelijk wit)
Maaike
Weg van de melk daar ben ik het niet helemaal mee eens. Leven in een lokaal, intact ecosysteem, dat is het beste voor de aarde. Dan blijf je dus ver van de bio industrie. En dan mag je dieren en de producten die zij bieden niet negeren, maar respectvol gebruiken. Kaas maken van melk die een beetje te ver heen is past heel goed in deze gedachte want dan verspil je niets.