goedkope boodschappen

Oh, wat klinkt dat heerlijk. Weinig betalen voor een volle kar. Meer voor minder. Drie voor de prijs van twee.  Na een paar maanden vol gedachten over supermarktlogica begint het ons op te vallen hoe vaak “het is goedkoop” als verkoopargument wordt gebruikt.

Vandaag is het vrijdag: tijd voor een televisiepost. Meneer T vond deze goeie Belgische tv-documentaire van 50 minuten, over de prijs van goedkope boodschappen. Wie na dit filmpje nog steeds in de supermarkt wil winkelen, wint een boodschappenpakket van de Delhaize.

Ik ben eens gaan rekenen (en dat doe ik niet graag, want sommen en ik zijn als supermarkten en lage prijzen: meestal klopt er iets niet). Een modaal inkomen is €2.734 per maand, gemiddelde prijs die 1 persoon aan boodschappen uitgeeft: €180.  Dan geef is 6,7% van het inkomen bestemd voor eten. Mocht iemand drie andere mensen moeten onderhouden van zo’n modaal loon, dan stijgt het percentage naar 17,6%.  Cijfers die helder illustreren hoe belangrijk we eten vinden.

Het bevreemd me want eten is onze motor. Het is een basisbehoefte. Zonder eten ga je dood. Van slecht eten word je ongelukkig, chagrijnig, krijg je weinig energie. Eten is enorm belangrijk. De verhouding belangrijkheid/percentage van je inkomsten is scheef in dat beeld. Of zie ik het helemaal verkeerd?

Overigens klapperen mijn ogen van dat modale inkomen. Ik denk altijd dat ik heel rijk ben, omdat ik niet meer zo arm ben als vroeger en nu wel eens biologisch eten kan kopen en 3 keer per jaar luxe uit eten ga. Ik bén ook heel rijk, want door nauwelijks nieuwe kleren te kopen, een voorliefde voor werken met gevonden materialen en een autoloos bestaan, heb ik veel minder geld nodig. Door voor mezelf te werken heb ik de vrijheid om me te storten op allerlei heerlijke projecten (zoals mijn magazine). Als ik dat bedrag zie denk ik “oooh haha, daarom overwegen mensen serieus om een nieuwe auto te kopen”. Als je dat elke maand verdient dan heb je na een tijd genoeg geld voor een nieuwe auto. Maar blijkbaar niet genoeg voor boodschappen.  Gek genoeg is “het was goedkoop” soms ook een koopargument.

Wie leeft in armoede heeft weinig keus, maar voor velen is het niet de armoede die het betalen van een redelijke prijs voorkomt. Een redelijke prijs zijnde, een prijs waardoor jij gewoon boodschappen kunt doen, en de producent van wat je eet ook.

De prijzenoorlog verlaagde de afgelopen jaren de prijs van onze boodschappen enorm. Dat geld moet ergens worden bezuinigd. Wie verdient er nu dan zoveel minder?

Allee, pak een schaaltje zelfgepopte popcorn en druk op play en maak kans op een boodschappenpakket!

panorama canvasUPDATE 2017: De Docu staat helaas niet meer online!

← Vorig bericht

Volgend bericht →

1 Reactie

  1. Ik kan het nu niet meer terugvinden (superirritant), maar ik heb pas nog ergens gelezen dat we ‘vroeger’ veel meer aan eten uitgaven. Misschien wel 30% van het inkomen (dat klopt misschien niet, omdat ik het dus niet meer terug kan vinden, maar het was in ieder geval veel meer dan nu). Best wel raar dat alles nu inderdaad alleen nog maar goedkoop moet zijn, terwijl het wel om je lichaam en je gezondheid gaat. Ik ga de docu zeker bekijken!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *